De rechtsstelsels en gerechtelijke apparaten van de lidstaten van de Europese Unie zijn verschillend. Elke lidstaat heeft zijn eigen wetgeving en rechtspraak. De Europese Unie streeft ernaar de systemen van de verschillende lidstaten zo goed mogelijk op elkaar te laten aansluiten. Door het vrije verkeer van personen, diensten, kapitaal en goederen zijn de lidstaten namelijk nauw met elkaar verbonden.
De bevoegdheden van de EU op het gebied van rechtspraak zijn beperkt. Iedere lidstaat heeft en behoudt zijn eigen rechtssysteem. Wel kan de EU richtlijnen aannemen om de verschillende stelsels op elkaar af te stemmen. Ook geldt het principe dat Europese wetgeving vóór het nationale recht gaat. Het Europees Hof van Justitie kan de naleving van Europese regelgeving in de lidstaten afdwingen.
Er zijn diverse richtlijnen van kracht over harmonisatie van de rechtspraak in de EU. Bijvoorbeeld richtlijnen met betrekking tot minimumrechten voor verdachten, rechten voor slachtoffers en het familierecht. Verder heeft de EU sinds 2005 directe invloed op het strafrecht in een lidstaat wanneer dit effect heeft op effectieve toepassing van de gemeenschapswetgeving. Sinds 2007 kan de EU lidstaten dan dwingen straffen op te laten leggen. Onder aansporing van lidstaten als Nederland is de EU zich in de laatste jaren meer gaan mengen in de rechtspraak van lidstaten als Hongarije en Polen omdat hier de rechtstaat onder druk staat.
Delen
Inhoudsopgave van deze pagina:
Erkenning uitspraken
In april 2009 gaf de Europese Commissie in een groenboek aan, uiteindelijk te willen komen tot een systeem waarbij de lidstaten elkaars gerechtelijke uitspraken erkennen. Uitspraken zouden in elke lidstaat uitvoerbaar moeten zijn. Hiermee moet worden voorkomen dat mensen in een andere lidstaat aan een veroordeling kunnen ontkomen. Deze afstemming is van belang bij veroordelingen door de rechter, maar ook in zaken als echtscheiding, voogdijschap, alimentatie en faillissementen, wanneer de betrokkenen in verschillende landen wonen.
Minimumrechten verdachten
In mei 2012 nam de EU een richtlijn aan over het recht van verdachten op informatie over fundamentele procedurele rechten. Dit betekent onder andere dat een verdachte in een taal die hij of zij begrijpt, gewezen wordt op de volgende rechten:
-
-het recht op een advocaat
-
-het recht om te zwijgen
-
-het recht op informatie over de aanklacht
-
-het recht op inzage in de dossiers over zijn of haar zaak.
Sinds 2013 zijn de volgende rechten daar bijgekomen:
-
-het recht op vertrouwen van besprekingen tussen de verdachte en de advocaat
-
-het recht om een derde persoon van opsluiting te informeren
-
-het recht om met het consulaat te communiceren
-
-het recht op vertolking in de eigen taal
Sinds 2018 is een richtlijn van kracht die bepaalt dat verdachten in de EU onschuldig zijn tot het tegendeel bewezen is en dat zij recht hebben bij het proces aanwezig te zijn.
Europees Openbaar Ministerie
In 2017 is het het Europees Openbaar Ministerie opgericht. Sinds 2021 is het operationeel. Dit orgaan heeft de bevoegdheid om bij de nationale rechter van strafbare feiten die de EU (financiele) schade opeveren, te onderzoeken, te vervolgen en aan te klagen. Denk hierbij aan grensoverschrijdende feiten als fraude en corruptie. Niet alle EU-lidstaten nemen hieraan deel, zo zijn onder andere Hongarije en Polen niet betrokken.
De EU is op dit beleidsterrein constant in ontwikkeling. Onderstaand overzicht bevat voor u geselecteerde belangrijke recente, lopende Brusselse dossiers. Deze dossiers bevatten een compleet overzicht van documenten, stappen in het wetgevingsproces, data en gerelateerde wetgeving.
Benieuwd naar andere dossiers of interesse in het volgen van de ontwikkelingen op dit gebied? Bezoek de EU Monitor voor de mogelijkheden.
Bij besluitvorming op dit beleidsterrein spelen de Europese Commissie, de Raad, het Europees Parlement en de Europese Raad een rol.
Besluitvorming op dit terrein, met uitzondering van het familierecht, verloopt volgens de gewone wetgevingsprocedure. Op het terrein van justitiële samenwerking in strafzaken kan in de Raad een noodremprocedure worden ingezet.
Voor familierecht geldt dat de Raad besluit met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van het Europees Parlement.
Europees orgaan |
Verantwoordelijke |
---|---|
Europese Commissie |
Eurocommissaris voor Waarden en Transparantie (vicevoorzitter) |
Parlementaire commissie Europees Parlement |
parlementaire commissie Burgerlijke vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken |
Nederlands lid commissie Europees Parlement |
Lid/leden Plaatsvervanger(s) |
Raad van de Europese Unie |
|
Nederlandse afvaardiging Raad van Ministers |
Dilan Yesilgöz-Zegerius (VVD), Minister van Justitie en Veiligheid Franc Weerwind (D66), Minister voor Rechtsbescherming |
Zaken aangaande fundamentele rechten vallen ook onder competentie van de Eurocommissaris voor Betere regelgeving, inter-institutionele relaties, duurzame ontwikkeling, rechtsregels en fundamentele rechten.
Invloed nationale parlementen
Nationale parlementen van de lidstaten kunnen binnen acht weken nadat de Europese Commissie een voorstel heeft bekendgemaakt, laten weten dat de Europese Unie zich niet met het onderwerp zou moeten bezighouden. Bij justitiële samenwerking in strafzaken kunnen de lidstaten van de Europese Unie ook initiatiefvoorstellen indienen. Voorwaarde is dat een initiatief ten minste door een kwart van de lidstaten wordt ingediend.
Nederlands orgaan |
Verantwoordelijke |
---|---|
Tweede Kamer |
|
Eerste Kamer |
Betrokken bij uitvoering
Betrokken instantie EU/internationaal |
Verantwoordelijke |
---|---|
Instantie |
|
Agentschap |
Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA) |
Orgaan van de Europese Unie |
De samenwerking in de rechtspraak vindt haar basis in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
-
-Burgerrecht: derde deel VwEU titel V hoofdstuk 3 (art. 81), zevende deel VwEU art. 345
-
-Eurojust: derde deel VwEU titel V hoofdstuk 4 art. 85
-
-Europees OM: derde deel VwEU titel V hoofdstuk 4 art. 86
Europese Unie
Algemeen overzicht EU
Factsheet Europees Parlement
Wetgevingsoverzicht
Statistieken Eurostat
voormalige EP-leden >